Er is eindelijk perspectief op een min of meer normale zomer. Experten voospellen bovendien een snelle economische heropleving. Mensen willen ‘na maanden in hun kot’ terug genieten en hun geld laten rollen. Voorwaarde is wel dat de overheid erin slaagt om het vertrouwen van die consument te herstellen en daarnaast een doordachte exit voor ondernemers te organiseren. Voor een aanzienlijke groep ondernemers wordt het van cruciaal belang om bij die overgang geen bruuske shock te creëren. UNIZO Limburg vraagt daarom om dringend werk te maken van een stapsgewijs exit- en relanceplan. Met gerichte maatregelen zoals heropstartfinanciering en loonlastverlaging voor bedrijven die mensen uit tijdelijke werkloosheid halen. Zo kan de geleidelijke overgang uit de fase van steunmaatregelen doordacht gebeuren en de schade beperkt worden. 

Onze concrete relancemaatregelen:

1. Vermindering loonlast voor werknemers die uit tijdelijke werkloosheid komen

UNIZO vraagt een degressieve vermindering van de RSZ-bijdragen voor werknemers die uit tijdelijke werkloosheid komen, bijvoorbeeld over de eerste 12 maanden na hertewerkstelling. Een sterke vermindering van de RSZ-bijdragen kan het verschil maken tussen het al dan niet uit de tijdelijke werkloosheid halen van medewerkers. Indien bedrijven hun werknemers sneller uit de tijdelijke werkloosheid halen, leidt tot een win-winsituatie voor de overheid én het bedrijfsleven. De werkgever kan tijdelijk zijn loonkost verminderen in de heropstartfase en de overheid moet de lasten van de werkloosheidsuitkering niet meer dragen. De overheid ontvangt dan tijdelijk niet de volledige RSZ-bijdragen, maar is beter af dan wanneer de tijdelijke werkloosheid nog verderloopt. 

2. Solvabiliteitsaftrek

UNIZO legt ook een bijgestuurde notionele intrestaftrek op tafel, de zgn. solvabiliteitsaftrek. Met een verhoogd percentage en enkel toegepast op de werkelijke investering. Een kmo die investeert met eigen middelen zou ook een fictieve kost in rekening moeten kunnen brengen. Als de kmo zijn investering financiert met een lening, brengt hij immers ook intrestkosten in rekening. Voor het jaar 2021 bedraagt de notionele intrestaftrek 0,408 procent. Een verhoging tot bijvoorbeeld 3 procent zou volgens UNIZO de kmo’s helpen om hun eigen vermogen te versterken.

3. Extra kapitaal in vennootschappen mogelijk maken

Het verstrekken van kapitaal aan vennootschappen moet fiscaal vriendelijker worden. We pleiten dan ook voor een verlenging van de corona Tax Shelter die eind 2020 afgelopen is. Via die maatregel was het mogelijk voor particulieren om 20% belastingvermindering te bekomen in de personenbelasting, indien zij rechtstreeks nieuwe aandelen verwierven van een kleine vennootschap. De voorwaarde dat het moest gaan om vennootschappen waarvan de omzet minstens 30% gedaald was, zou kunnen verlaten worden. Dit omwille van 3 redenen :  

  • in de periode van relance is het de verwachting dat omzetten terug stijgen;
  • ook bij stijgende omzetten hebben bedrijven vaak extra kapitaal nodig om te groeien;
  • voor particulieren is het – zeker op gevoel – interessanter om te investeren in vennootschappen waarvan de omzet toeneemt.

4. Tegemoetkoming in de gemiste marge voor retail

In veel sectoren werden financiële reserves voor het grootste deel gebruikt om de grote verliezen van de eerste lockdown door te komen. Na de tweede lockdown zijn vooral in de retailsector de reserves uitgeput. Bovendien is er een nijpend liquiditeitsprobleem. Als onderdeel van de relance voor de retailsector vragen we een tegemoetkoming in de gemiste marge van de voorbije maanden. Dat zal deze sector in staat stellen het hoofd boven water te houden en een doorstart te maken voor de toekomst.  

5. Ondernemersaftrek voor éénmanszaken

In de vennootschapsbelasting werd een verlaging van de belastingtarieven doorgevoerd. Eénmanszaken gaan nog altijd gebukt onder de hoge én progressieve tarieven van de personenbelasting. UNIZO herhaalt hier haar pleidooi voor de ondernemersaftrek voor éénmanszaken waardoor de belastingdruk bij de éénmanszaken ook op een lager niveau kan gebracht worden.   
Meer info: https://www.unizo.be/sites/default/files/ondernemersaftrek.pdf 

6. Sneller aanbesteden en betalen

Er zijn heel wat subsidiemiddelen uitgetrokken om onze kmo's te ondersteunen. De overheid dient er dan ook zorg voor te dragen dat onze kmo's ook extra middelen kunnen binnenhalen met het uitvoeren van hun regulieren werk of diensten. De overheid kan daartoe een bijdrage leveren door maximale aandacht te hebben voor de kansen van kmo's om in te tekenen op overheidsopdrachten en deze ook binnen te halen. De diverse overheden kunnen tevens hun geplande overheidsinvesteringen sneller uitvoeren zodat de omzet van de betrokken bedrijven sneller aangesterkt wordt. Meer aandacht voor kmo's in overheidsaanbestedingen wordt uiteraard nog extra versterkt door prestaties van bedrijven sneller uit te betalen, zodat de liquiditeit van de kmo’s nog verbeterd wordt. 

Tot slot: ook bestaande maatregelen ruimer bekend maken

Daarnaast dienen bestaande maatregelen die een bijdrage kunnen leveren aan de verbetering van de financiële positie van onze kmo's nog ruimer bekend gemaakt te worden. We denken daarbij aan:

  • De handelshuurlening die huurders kunnen aangaan voor 4 maanden als ze hun verhuurder bereid vinden om één of twee maanden huur kwijt te schelden. De verhuurder krijgt dan wel de garantie dat hij de daaropvolgende 4 maanden volledig betaald wordt (in situaties waar hij zonder die handelshuurlening misschien helemaal niets of veel minder zou kunnen innen door het geldgebrek van de huurder). De huurder kan dankzij deze lening zijn periode van liquiditeitsproblemen toch gemakkelijker doorkomen. 
  • De corona win-winlening, waarvan de maximumbedragen verhoogd werden tot 75.000 euro voor de kredietgever en 300.000 euro per onderneming. Zoals we reeds meldden kent Limburg een grote achterstand in het gebruik van de win-winlening.