Elke week serveert Danny Van Assche, gedelegeerd bestuurder van UNIZO zijn kijk op diverse actuele thema's die voor jou als ondernemer impact hebben.

Globaal Plan revisited

We zagen het aankomen, maar daardoor is het niet minder ernstig. Vorige dinsdag kreeg België een rode kaart van de Europese Commissie voor de begrotingen van de verschillende regeringen in ons land. Europa heeft zich enkele jaren afzijdig gehouden op begrotingsvlak. Door de opeenvolgende corona- en energiecrisissen mochten de lidstaten de begrotingsregels wat laten vieren. Tekorten waren tijdelijk toegelaten om de crisis te lijf te gaan. Maar het is terug tot de orde nu: de Europese Commissie gaat opnieuw mee op centjes letten in de lidstaten. En dus krijgen we de volle laag. 

Als we alle tekorten van de zeven Belgische regeringen samenleggen, komen we al uit op een tekort van 4,6%. De Europese Commissie ziet het zelfs nog wat somberder in en voorspelt -4,9%. Om het in het Europees te zeggen: daarmee “riskeert België niet in lijn te zijn met de aanbevelingen van de Europese Commissie”. We zitten met vier landen op het strafbankje en alleen Slovakije doet het qua tekort slechter dan ons. 

Toeval bestaat niet in deze wereld. Een dag eerder mochten we immers herdenken dat Jean-Luc Dehaene 30 jaar geleden het Globaal Plan afklopte. Wie er toen al bij was, weet het nog: België moest ook toen al zijn tekorten te lijf gaan om te mogen toetreden tot de euro. Het leek onmogelijk, maar het lukt met dat Globaal Plan. In drie jaar tijd werd de begroting rechtgetrokken door voor 8 miljard euro maatregelen te nemen. Toen werd ook de gezondheidsindex ingevoerd om de loonstijgingen te temperen en werd de loonwet van 1996 ingevoerd om de loonevolutie af te stemmen op onze buurlanden. De vakbonden braken toen letterlijk het record stakingsdagen, maar het Plan werd wel uitgevoerd én België trad toe tot de euro.

Je voelt me al komen. België heeft opnieuw een Globaal Plan nodig. Want vanzelf gaat het niet. In ons Krachtwerk-memorandum stelt UNIZO heel wat maatregelen voor. Ik neem er drie uit. Op federaal vlak kan je niet meer veel besparen op de “gezagsdepartementen” maar moet je durven maatregelen nemen om de pensioenen en de gezondheidszorg betaalbaar te houden. Dat zijn trouwens sociale maatregelen, want als we niet ingrijpen komt de betaalbaarheid van de sociale zekerheid in gevaar. Ten tweede moeten we niet alleen naar de federale regering kijken, maar ook naar de deelstaten. De schuldevolutie in Wallonië en Brussel is zeer verontrustend, en ook Vlaanderen heeft langer nodig om tot de doelstellingen van de begroting in evenwicht te komen. De gewesten moeten onderling sluitende afspraken maken hoe we de schulden en de begrotingen in het Europese gareel houden. En tot slot: laat ons nu al voorzien dat de regeringsvorming(en) weer zeer lang gaan duren. Als er in 2025 nog geen regering is, dan mag de regering in lopende zaken elke maand 1/12 uitgeven van de laatst goedgekeurde begroting. Maar die wordt nu door Europa veroordeeld voor het te grote tekort. Men moet dus strenger zijn.

Ik ben groot geworden in de jaren tachtig en stelde me toen de vraag hoe onze (groot)ouders het zo ver hadden laten komen met onze staatsschuld. Laat ons vermijden dat onze kleinkinderen ons dezelfde vraag gaan stellen.

Danny