Wie al vijf jaar zoekt,
zal niet
meer vinden
Elke week serveert Danny Van Assche, gedelegeerd bestuurder van UNIZO zijn kijk op diverse actuele thema's die voor jou als ondernemer impact hebben.
Ça passe ou ça casse. Zover zijn we ondertussen. Vannacht wordt bepaald of ons land ofwel een nieuwe federale regering heeft, ofwel in een diepe politieke crisis belandt, die we ons op dit ogenblik absoluut niet kunnen permitteren. Het ligt nu volledig in de handen van de onderhandelaars in de Koninklijke Militaire School. Er is de afgelopen weken al veel gediscussieerd over de pensioenen, de index, belastingen of andere solidariteitsbijdragen. Maar iets dat eigenlijk nog niet voor het voetlicht kwam, maar wel degelijk ook in de supernota voorkomt, is de beperking van de werkloosheid in de tijd. Het is een oude UNIZO-eis dat de werkloosheidsuitkering niet oneindig in de tijd wordt uitgekeerd, maar op een bepaald ogenblik stopt.
De cijfers tonen aan waarom we dat goed beleid zouden vinden. Van alle werkzoekenden die zich inschrijven bij de VDAB vindt de helft binnen de drie maanden nieuw werk. Binnen de zes maanden is zelfs 70% van de werkzoekenden opnieuw aan de slag. Voor de meeste mensen die zonder werk vallen, gaat het dus snel goed. Je zou dus denken dat er veel verandering zit in de mensen die een werkloosheidsuitkering krijgen. Maar dat blijkt verkeerd gedacht. In Vlaanderen is 61% van de werkzoekenden met een uitkering minder dan twee jaar werkzoekend. De Belgische cijfers zijn slechter, maar nog altijd is 53,5% van de totale groep uitkeringsgerechtigde werkzoekenden minder dan twee jaar werkloos. Maar dan komt het… In België is 46,5% van de werkzoekenden langer dan twee jaar werkloos. Dat is bijna de helft. Een kwart “zoekt” al langer dan 5 jaar werk, en 15% zelfs langer dan 8 jaar. En dan is het duidelijk dat er iets niet klopt.
De werkloosheidsuitkering is een sociale verzekering die mensen een vangnet geeft wanneer ze hun werk verliezen. Het zorgt voor een verzekerd inkomen in afwachting van een nieuwe job. Bij de zelfstandigen heet dit systeem heel correct “overbruggingsrecht”, een overbrugging tussen twee activiteiten. Maar wat doe je als je al twee, vijf of acht jaar aan het “zoeken” bent? De VDAB heeft heel wat begeleidingen en zelfs sanctiemaatregelen, maar na twee jaar heeft het eigenlijk weinig zin om nog dingen te proberen. Welke begeleiding zal helpen wanneer al twee jaar niets helpt? Vandaar het voorstel om deze mensen uit de werkloosheid te halen. Een activeringsbeleid alleen werkt duidelijk niet. Daardoor verhuizen deze mensen van de VDAB naar het OCMW en daar heeft men andere instrumenten om de diverse drempels, zoals schulden, middelenmisbruik, huizenproblematiek,… aan te pakken. Ja, daar komt ook een zeker inkomensverlies bij kijken. Het leefloon van het OCMW, waar ook rekening wordt met andere beschikbare (financiële) middelen, ligt lager dan de werkloosheidsuitkering, maar dat is toch niet ongewoon? Na twee jaar is de “verzekering” uitgewerkt en moeten er andere maatregelen aan te pas komen.
We rekenen erop dat ook dit voorstel uit de supernota het haalt. We hebben deze mensen nodig voor onze vacatures. Het is toch te gek om migratiekanalen open te zetten voor laaggeschoolde jobs, terwijl er 136.000 mensen in ons land al twee jaar zonder werk zitten? Wie door een of andere aandoening of beperking niet meekan, verdient een andere begeleiding, zoals binnen de sociale economie. Maar alle anderen moeten aan de slag. En om daartoe te komen is een financiële incentive en een begeleiding van het OCMW efficiënter dan wat we nu doen. Kijken of er morgen witte rook is.
Danny