Ons gedacht: Kampioenen vs kampioenen
Respect, hoedje af en proficiat! Dat is het minste wat we kunnen zeggen over de resultaten van het investeringsrapport dat UNIZO Limburg vorige week samen met onze collega’s van VKW Limburg kon presenteren. Want de Limburgse ondernemers blijven het toch maar presteren. Uit ons rapport blijkt namelijk dat het investeringsritme in onze provincie gehandhaafd blijft: meer dan drie op vier ondernemers hebben investeringsplannen in de komende maanden. In de productie- en de dienstensector ligt de ambitie het hoogst. In de retail en de bouw het laagst. Dat de bereidheid tot investeren in globo zo hoog blijft, verdient bewondering. Ondanks een onzekere economische toestand, de hoge inflatie en het gebrek aan personeel.
Minder goed nieuws is dat Limburg nog weinig bedrijven van buitenaf aantrekt. Meer nog, één op vier overweegt zelfs om te vertrekken. Dit maakt ons kwetsbaar. Maar het dwingt ons tegelijkertijd om nog meer in te zetten op onze eigen lokale ondernemingen. En daar blijft het schoentje wringen: zo goed het rapport van het Limburgse ondernemersleven vorige week was, zo slecht was het rapport dat de OESO ons land recent presenteerde. Daaruit blijkt voor de zoveelste keer op rij dat België met vlag en wimpel het land blijft waar arbeid het zwaarst wordt belast: met 53%.
Van elke 100 euro die een werkgever spendeert aan het loon van een (alleenstaande) werknemer, gaat er in België dus 53 euro naar de overheid. Ter vergelijking: het gemiddelde in de 38 OESO-landen bedroeg afgelopen jaar slechts 34,6 procent.
Terwijl de Limburgse ondernemers kampioen zijn in het investeren, blijft België dus (wereld)kampioen in het belasten. Het mag duidelijk zijn: niet elke kampioen verdient een podiumplaats.