Nu de eerste verkennende gesprekken zijn gevoerd, en de coalitiepartners duidelijk zijn, breekt UNIZO een lans voor een snelle Vlaamse regering met voldoende economische focus. “De voorbije dagen gingen de discussies en de breekpunten vooral over onderwijs, welzijn, kinderopvang en De Lijn. Dat zijn absoluut belangrijke thema’s, maar ook de economische dossiers verdienen voldoende aandacht”, zegt topman Danny Van Assche. 

Met de kaarten die nu op tafel liggen verwacht UNIZO een ondernemersvriendelijk beleid. “Als we de partijprogramma’s van N-VA, CD&V en Vooruit naast elkaar leggen dan zien we dat er consensus is over heel wat ondernemersprioriteiten die UNIZO naar voor heeft geschoven”, aldus Danny Van Assche.  

Zo zijn de drie partijen voorstander van een ambitieus plan om langdurig zieken te activeren, levenslang leren te stimuleren en zelfstandig ondernemerschap in de kinderopvang te faciliteren. Ook de nood aan een kernversterkend beleid waarbij een halt wordt toegeroepen aan grote winkeloppervlaktes in de rand, de zogenaamde winkelshift, is terug te vinden in de drie programma’s. Daarnaast ziet UNIZO ook consensus wat betreft het verkorten van tijd om vergunningen te bekomen en het schrappen van de openbare dienstverplichting uit de stroomfactuur. Cruciaal is de eensgezindheid die we merken over het optrekken van overheidsinvesteringen die onze productiviteit versterken en – vooral – het terugdringen van administratieve rompslomp.  

“Dit zijn thema’s waar een consensus over is in de partijprogramma’s, we rekenen erop dat ze dan ook in het Vlaams regeerakkoord worden opgenomen", zegt Danny Van Assche. UNIZO wil een snelle vorming van de Vlaamse regering. "In Wallonië maakt men vaart. MR en Les Engagées kondigden al onmiddellijk aan dat zij een Waalse regering vormen. Dat kan en moet in Vlaanderen even snel gaan."

(Her)activeren van niet-werkenden 

Een van de grootste werven van de Vlaamse regering is voor UNIZO het tekort op de arbeidsmarkt . “Er moet een duidelijke economische reflex zijn. Vlaanderen moet meer niet-beroepsactieve mensen verleiden tot een actieve rol op de arbeidsmarkt. Dat kan onder meer door meer interregionale en intersectorale arbeidsmobiliteit en door sterkere (her)activering van arbeidsongeschikten en 60-plussers”, zegt Danny Van Assche. “Geef VDAB dan ook het vertrouwen om snel en aanklampend te werk te gaan. Om dit in goede banen te leiden, vragen we de Vlaamse regering om van bij aanvang een werkprogramma af te spreken met de sociale partners binnen de SERV.”