UNIZO vraagt al enkele jaren de invoering van een ‘gezondheidsbudget’. De regering zal dit nu invoeren, want zelfstandigen krijgen de mogelijkheid geven om voor zichzelf een preventiebeleid te organiseren. Je krijgt daarvoor een financiële ondersteuning, gefinancierd via de sociale zekerheid van de zelfstandigen.

Administratieve vereenvoudiging is één van de speerpunten bij UNIZO. We zijn dan ook zeer tevreden dat enkele concrete UNIZO-voorstellen uitgevoerd zullen worden:

  • Bij arbeidsongeschiktheid wordt de uitkeringsaanvraag geautomatiseerd: je huisarts zal jouw aangifte van arbeidsongeschiktheid onmiddellijk elektronisch bij het ziekenfonds indienen.
  • Er zal onderzocht worden of ook het recht op de gelijkstelling wegens ziekte (een vrijstelling van bijdragen met behoud van pensioenrechten) geautomatiseerd kan worden, zodat je als zelfstandige geen afzonderlijke aanvraag meer moet indienen.
  • Zelfstandigen zullen bij ziekte beter geïnformeerd worden. Vandaag moet je als zelfstandige sommige informatie aan je sociaal verzekeringsfonds vragen (bv. de gevolgen voor de sociale bijdragen en het pensioen wanneer je deeltijds het werk hervat), terwijl je voor andere informatie moet aankloppen bij je ziekenfonds (bv. de voorwaarden om deeltijds te mogen werken).

Na de bevalling, krijgen zelfstandige moeders een 2e kwartaal vrijstelling van bijdragen. Verlofstelsels voor ouders worden hervormd en geharmoniseerd tot een familiekrediet, waardoor zelfstandige ouders dezelfde rechten zouden krijgen als werknemers en ambtenaren.

Ook positief is dat het statuut van zelfstandige in bijberoep hervormd wordt. Als bijberoeper bouw je vandaag geen sociale rechten op, tenzij je netto belastbaar inkomen minstens 17.008,88 euro bedraagt. De regering wil aan elke bijberoeper sociale rechten toekennen. Tegelijk wil ze misbruiken en schijnzelfstandigheid bij bijberoepers bestrijden. Voor UNIZO is het vanzelfsprekend dat de toekenning van sociale rechten aan zelfstandigen in bijberoep betekent dat bijberoepers ook sociale bijdragen moeten betalen. Dit kan door een specifieke minimumbijdrage voor zelfstandigen in bijberoep in te voeren.

Voor studenten-zelfstandigen gaan de hervormingen minder ver dan gevraagd, zo blijft de maximumleeftijd van 25 jaar behouden. Toch is UNIZO tevreden met de meer technische wijzigingen: tijdens een thesis- of scriptiejaar en tijdens het kwartaal van afstuderen kunnen ondernemende studenten aangesloten blijven als student-zelfstandige.

Een andere UNIZO-voorstel dat uitgevoerd zal worden, is de gegarandeerde pensioenopbouw voor zelfstandigen die 66 jaar zijn of ouder en die verder werken zonder pensioen. Deze zelfstandigen zullen in toekomst verder de minimumbijdrage in hoofdberoep betalen, waardoor ze verder pensioenrechten opbouwen.

Tenslotte is UNIZO ook tevreden over enkele andere aanpassingen aan de sociale bijdragen, maar niet over de hervorming van de vennootschapsbijdrage:

  • De regering zal onderzoeken of de sociale bijdragen van zelfstandigen maandelijks berekend kunnen worden in plaats van per kwartaal. De afrekening zal wel op kwartaalbasis blijven lopen. Dit zou een vereenvoudiging zijn bij de start van een zelfstandige activiteit, de stopzetting of bij onderbrekingen van een zelfstandige activiteit (bv. bij ziekte).
  • De verhogingen bij laattijdige betaling van sociale bijdragen als zelfstandige worden herzien. Hoe is nog niet duidelijk. Vandaag bedragen de verhogingen 12% op jaarbasis, maar wie zijn bijdrage voor het 4e kwartaal 1 dag te laat betaalt, krijgt onmiddellijk 10% verhogingen aangerekend.
  • De vennootschapsbijdrage wordt variabel. Vennootschappen met een laag balanstotaal zullen minder betalen dan vennootschappen met een hoog balanstotaal. UNIZO heeft ernstige bedenkingen bij dit voorstel, maar wacht de concrete voorstellen af.

De strijd tegen sociale fraude wordt verdergezet en versterkt, bijvoorbeeld tegen schijnzelfstandigheid. Daarbij zal er bijzondere aandacht besteed worden aan de bestrijding van schijnzelfstandigheid in het kader van professionele dienstverlening, zoals architecten die op zelfstandige basis voor grotere kantoren werken.