Is een vergunning nodig voor gevelreclame of een reclamebord?

Onderstaande tekst betreft regionale materie geldig in het Vlaams Gewest.
Klik hier voor de info van het Brussels Gewest.

Wil je een reclamebord of -constructie plaatsen, dan heb je hiervoor een vergunning nodig vanaf het bord of de constructie groter is dan 1m2.

Je kunt je zijgevel dus zeker benutten voor publiciteit, maar er zijn regels waar je rekening mee moet houden. Als de reclame zichtbaar is vanaf de openbare weg, valt dit onder de Vlaamse Publiciteitsverordening die sinds 1 januari 2024 van kracht is. Deze verordening vervangt de verouderde wetgeving en heeft een breed toepassingsgebied. Het geldt voor alle publiciteitsinrichtingen die zichtbaar zijn vanaf de openbare weg en waarvoor een omgevingsvergunning of meldingsakte nodig is. Alle publiciteitsinrichtingen moeten voldoen aan de algemene voorwaarde van goede ruimtelijke ordening.

Bijkomende voorwaarden:

  • Verkeersveiligheid: De publiciteit mag de verkeersveiligheid niet negatief beïnvloeden, bijvoorbeeld door de zichtbaarheid van verkeerssignalen te verstoren.
  • Technische eisen: Voor knipperende, flitsende of bewegende publiciteitsboodschappen gelden specifieke voorwaarden. Zo kunnen LED-borden zonder automatische helderheidsaanpassing geen vergunning krijgen om hinder en verkeersveiligheidsrisico’s te beperken.

Soorten publiciteitsinrichtingen:

  1. Zaakgebonden publiciteitsinrichtingen: Deze term vervangt het oude ‘uithangbord’ en omvat nu ook projecties en constructies. De publiciteit moet een link hebben met de producten of diensten die op die locatie worden aangeboden.
  2. Niet-zaakgebonden publiciteitsinrichtingen: Dit betreft publiciteit zonder link met een bedrijf op de locatie, zoals een LED-bord op een braakliggend terrein dat reclame maakt voor verschillende bedrijven. Voor deze inrichtingen moeten contactgegevens verplicht vermeld worden.

Aanvraag van een vergunning:

De vergunning moet worden aangevraagd bij het gemeentebestuur, dat de aanvraag beoordeelt volgens de Vlaamse Publiciteitsverordening en de eigen gemeentelijke regelgeving. Het begrip ‘goede ruimtelijke ordening’ blijft van toepassing, en gemeenten kunnen strengere normen hanteren.

Het is aan te raden om vooraf contact op te nemen met de dienst ruimtelijke ordening of omgevingsambtenaar van de gemeente om je dossier goed voor te bereiden en verrassingen te voorkomen.

 

 

CONCLUSIE
  • Voor een niet-lichtgevend reclamebord van max. 4 m² tegen de gevel van uw bedrijfsgebouw heb je geen vergunning nodig, tenzij je gemeente dat wel expliciet bepaald heeft.
  • Een vrijstaand reclamepaneel of een groter en/of verlicht bord behoeft wel een vergunning.
  • Hou steeds minimaal 1,5 meter stoepruimte vrij voor voetgangers.
  • Bij twijfel: vraag je wegbeheerder en je gemeente/stad wat kan en wat niet.

Fout opgemerkt? Laatst gewijzigd: 13/11/2024

Kan je zomaar een (brood)automaat plaatsen waar je wenst?

Onderstaande tekst betreft regionale materie geldig in het het Vlaams Gewest.
Kijk hier voor het Brussels Gewest
 

Voor het plaatsen van een (brood)automaat is een omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen vereist. Dit geldt zowel op privaat als op openbaar domein.

Bij de beoordeling van de vergunningsaanvraag voor zo'n automaat zal gekeken worden naar de verenigbaarheid met de bestemming en of voldaan is aan de "goede ruimtelijke ordening".  Daarnaast kunnen steden en gemeenten een gemeentelijke stedenbouwkundige verordening opstellen met regels en voorwaarden waaraan de automaat moet voldoen, wat op sommige plaatsen reeds het geval is.

Tip: Het is dus aan te raden om zich vooraf te informeren bij de omgevingsambtenaar van de stad of gemeente waar je een automaat wil plaatsen.

Wanneer zo'n automaat wordt geplaatst op het openbaar domein, is er een concessie (met eventueel een jaarlijkse vergoeding) nodig van de eigenaar van het openbaar domein (meestal de gemeente). Bovendien kan deze slechts vergund worden als de normen van de gewestelijke stedenbouwkundige verordening op het voetgangersverkeer gerespecteerd worden.

Plaats dus geen automaat zonder je op voorhand te informeren!

Fout opgemerkt? Laatst gewijzigd: 26/11/2024

Wat zijn de afstandsregels voor de aanplanting van bomen?

Jouw buur heeft jonge bomen aangeplant. Zijn aanplantingen staan op nauwelijks 30 centimeter van de grens met uw eigendom. Die boompjes zullen wellicht uitgroeien tot serieuze bomen die meters hoog kunnen worden. Je vreest dat ze uw kantoor en atelier in de schaduw zullen zetten. Zijn er wettelijke regels inzake te respecteren afstand tot naburige percelen bij het aanplanten van bomen?

Bij de aanplanting van jonge bomen moet uw buur inderdaad rekening houden met wettelijke afstandsregels. Daarbij wordt een onderscheid gemaakt tussen laag- en hoogstammige bomen. De wet spreekt van ‘hoogstammige bomen’ als die minstens drie meter hoog kunnen worden. In het andere geval gaat het om laagstammige bomen.

  • Hoogstammige bomen moeten volgens het Veldwetboek op minimaal twee meter van de perceelgrens geplant worden, tenzij uw gemeente afwijkende regels vastgelegd heeft en een andere afstand voorschrijft.
  • Laagstammige bomen moeten in principe op minstens een halve meter van de perceelgrens geplant worden.

Blijkt jouw buurman in overtreding en vreest u voor uw toekomstige lichtinval, spreek hem daar dan in eerste instantie vriendelijk over aan, met het verzoek de bomen te verplaatsen volgens de wettelijke afstandsregels. Houdt hij het been stijf, dan kan je het rooien van de bomen eisen, maar daarvoor moet in principe een vergunning aangevraagd worden.  Doe dus niets overhaast. Een minnelijke schikking is een betere oplossing.

Je hebt wettelijk dertig jaar tijd om het rooien van niet-reglementair aangeplante bomen te eisen.

Fout opgemerkt? Laatst gewijzigd: 28/08/2024

Moet ik laadpalen voorzien op mijn parking?

Sinds maart 2021 geldt een verplichting voor de installatie van laadinfrastructuur voor elektrische voertuigen op parkeerterreinen van nieuwbouw of ingrijpende renovaties waarvoor je een omgevingsvergunning nodig hebt.

Daarnaast is het vanaf 2025 verplicht om oplaadpunten te installeren op parkeerterreinen van bestaande niet-residentiële gebouwen, ook wanneer er geen nieuwe omgevingsvergunning aangevraagd wordt. Parkeerterreinen voor personeel of klanten met meer dan 20 parkeerplaatsen moeten dan over minstens 2 oplaadpunten beschikken.

Alle verplichtingen voor laadpalen op parkings

 

 

Fout opgemerkt? Laatst gewijzigd: 28/08/2024

Welke geluidsnormen gelden er voor muziek in de zaak?

Er gelden drie categorieën naargelang het geluidsniveau IN de zaak.  De ondernemer kiest zelf onder welke categorie hij de muziekactiviteiten in zijn (horeca)zaak, nachtclub, feestzaal, discotheek, .... wil laten vallen:

De 3 categorieën zijn:

  • Categorie 1: inrichtingen met een maximaal geluidsniveau ≤ 85 dB(A) LAeq,15min : geen VLAREM-melding of omgevingsvergunning vereist
  • Categorie 2: inrichtingen met muziekactiviteiten met een maximaal geluidsniveau > 85 dB(A) LAeq,15min en ≤ 95 dB(A) LAeq,15min : een éénmalige melding VLAREM-klasse 3 volstaat.
  • Categorie 3: Inrichtingen met muziekactiviteiten met een maximaal geluidsniveau > 95 dB(A) LAeq,15min  en ≤100 dB(A) LAeq,60min : een omgevingsvergunning moet aangevraagd worden bij het college van burgemeester en schepenen.

LAeq staat voor het gemiddelde geluidsniveau gemeten over een bepaalde tijd, ttz 15 of 60 minuten naargelang de categorie.

Gemeenten kunnen strengere voorwaarden opleggen, maar enkel geval per geval bij toelating van de muziekactiviteit of als bijzondere voorwaarde voor inrichtingen die meldingsplichtig (VLAREM Klasse 3) of vergunningsplichtig (VLAREM Klasse 2) zijn.

De regelgeving over het maximale geluidsniveau geldt voor alle muziekactiviteiten die toegankelijk zijn voor publiek en waar elektronisch versterkte muziek wordt gespeeld. Iedere openbare activiteit met opgenomen muziek of elektronisch versterkte livemuziek valt onder de regelgeving. De geluidsnormen gelden dus voor een café met gewone achtergrondmuziek, een fuif in een zaal of een tent, muziek in een fitnesszaal, een dansvoorstelling, een eetfestijn met achtergrondmuziek, een theatervoorstelling met muziek, een optreden in een kleine of grote zaal, een festival in open lucht ...

Activiteiten met enkel niet-elektronisch versterkte muziek (bv. fanfare, symfonisch orkest, kamerorkest... zonder versterking) vallen niet onder de regelgeving. Dat is ook het geval voor activiteiten die op privédomein worden georganiseerd en niet toegankelijk zijn voor het ruime publiek. Bij gedeeltelijke versterking zijn de geluidsnormen wel van toepassing (bv. jazzcombo, semi-akoestische set ...).

Alle Vlarem ingedeelde bedrijven/activiteiten moeten voor wat betreft het aspect geluid steeds voldoen aan de van toepassing zijnde Vlarem II-voorwaarden. Deze wetgeving kunt u nalezen op de site van www.lne.be

Het kan ook gebeuren dat aan de vergunning specifieke voorwaarden voor wat betreft geluid worden toegevoegd, zelfs voor niet Vlarem ingedeelde bedrijven

TIP
  • Geluidsmetingen dienen steeds uitgevoerd te worden door erkende deskundigen geluid
  • Een lijst van erkende deskundigen vindt u op de website van www.lne.be

Fout opgemerkt? Laatst gewijzigd: 06/09/2024

Nuttig voor jou