Bijkomende kosten en lasten dreigen voor honderden vennootschappen
De drempels die bepalen of een vennootschap als groot of klein wordt beschouwd, zijn niet meer aangepast aan de economische realiteit. De laatste indexatie van de parameters ‘jaaromzet’ en ‘balanstotaal’ dateren al van bijna tien jaar geleden. Hierdoor dreigen honderden vennootschappen onterecht als groot bedrijf te worden gekwalificeerd, wat zowel boekhoudkundig als fiscaal nadelige gevolgen heeft. Europa heeft recent de drempels die zij hanteren om een bedrijf als ‘groot’ te catalogeren verhoogd met 25%. UNIZO vraagt dezelfde indexering voor de Belgische parameters in het Belgisch Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen.
Het ‘Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen’ (WVV) bevat drempels om te bepalen of een vennootschap klein of groot is, met name een jaargemiddelde van 50 werknemers, een jaaromzet (excl. btw) van 9.000.000 euro en een balanstotaal van 4.500.000 euro. Een vennootschap die op balansdatum van het laatst afgesloten boekjaar geen of maximaal één drempel overschrijdt, is een kleine vennootschap. Zodra gedurende twee opeenvolgende boekjaren twee of drie drempels worden overschreven, wordt de vennootschap beschouwd als een grote vennootschap.
Boekhoudkundige en fiscale impact
“Het overschrijden van de drempels heeft best een aantal gevolgen”, zegt UNIZO-topman Danny Van Assche. “Zo verzwaren voor grote bedrijven de boekhoudkundige verplichtingen met bijkomende kosten en administratieve lasten tot gevolg. Kleine (niet-beursgenoteerde) vennootschappen moeten geen commissaris benoemen en zijn niet verplicht om een jaarverslag op te stellen conform de vereisten in het WVV. Ook kan een kleine vennootschap haar jaarrekening opmaken volgens het verkort schema.”
Daarnaast is er ook een niet te onderschatten fiscale impact. Zo zijn er een heel aantal voordelen in de vennootschapsbelasting die enkel worden toegekend aan kleine ondernemingen, zoals een meer voordelige investeringsaftrek en een verlaagd tarief van 20% op de eerste 100.000 euro.
Drempels indexeren, net zoals Europa
De drempelbedragen werden sinds december 2015 niet meer geïndexeerd. Gelet op de enorme impact van het overschrijden hiervan, vraagt UNIZO om de bestaande drempels qua jaaromzet en balanstotaal te indexeren om opnieuw de economische realiteit te weerspiegen. Anders dreigen meer dan 500 vennootschappen geïmpacteerd te worden.
Concreet vraagt UNIZO voor deze parameters een eenmalige indexering van 25 procent voor de boekjaren beginnende vanaf 1 januari 2024. De consumptieprijsindex is daarbij de maatstaf. De geïndexeerde jaaromzet bedraagt dan 11.250.000 euro excl. btw en het balanstotaal 5.625.000 euro.
Danny Van Assche: “Dat is gelijkaardig met het recente initiatief van de Europese Commissie. Ook zij indexeerden de drempels voor de Europese kmo-definitie 25 procent. Op Europees niveau is dit voor de bedrijven dan vooral belangrijk om voor bepaalde subsidies in aanmerking te kunnen komen.”
Een indexering zou volgens UNIZO een logische maatregel zijn, gezien ook de drempelbedragen voor schijven in de personenbelasting wel jaarlijks worden geïndexeerd, net zoals vele andere bedragen in de fiscale wetboeken.
“Om te waarborgen dat de drempels in de toekomst de economische realiteit blijven weerspiegelen, is een éénmalige indexatie zelfs nog onvoldoende. Daarom stellen we voor om voor boekjaren beginnende vanaf 1 januari 2025 de bedragen in de drempels qua jaaromzet en balanstotaal automatisch en jaarlijks te indexeren. Daarbij kan (opnieuw) worden aangesloten bij de consumptieprijsindex", aldus Danny Van Assche.