Wat doet de sociale inspectie?

België kent veel (sociale) inspectiediensten. De regels die je moet naleven staan in verschillende wetteksten, zo heb je de RSZ-wet, de loonbeschermingswet, het sociaal statuut van zelfstandigen, de codex preventie en welzijn op het werk, enzovoort. Maar wat er gebeurt wanneer je de afzonderlijke wetten niet naleeft, staat in het Sociaal Strafwetboek. Daarin staan de bevoegdheden van sociaal inspecteurs, de sancties die ze kunnen opleggen, de sancties die een rechter kan opleggen en de procedures. 

Inspectiediensten hebben niet alleen een sanctionerende rol, maar ook een sensibiliserende rol. Je kan er ook terecht voor advies. Daarom vind je onderaan een overzicht van de inspectiediensten in België. Omdat ze ook een sensibiliserende rol hebben, heeft elke inspecteur een zekere vrijheid om te beslissen wat hij doet. Zo kan hij een een waarschuwing geven in plaats van je meteen te beboeten. 

Hoe verloopt een inspectie?

De aanleiding voor een onderzoek kan allerlei oorzaken hebben. Zo kan er een klacht binnen gekomen zijn, kan een administratieve dienst een inspectie vragen of zijn er soms specifieke controleacties. 

Inspecteurs hebben altijd het recht om de werkplek te betreden, op voorwaarde dat ze zich correct legitimeren. Een werkplek is de plaats waar werknemers aan de slag zijn en plaatsen die voor het publiek toegankelijk zijn. Dit betekent dat private woongedeeltes alleen toegankelijk wanneer je toestemming geeft of met een huiszoekingsbevel.

Tijdens de inspectie, engageren de inspectiediensten zich om het werk zo weinig mogelijk te storen. Maar een inspectie is nooit helemaal zonder gevolgen. Want inspecteurs mogen werknemers ondervragen, vermoedelijke werkplekken controleren en informatie raadplegen en kopiëren. Zelfs al zijn er klanten aanwezig, dan kan niet uitgesloten worden dat de inspectie zichtbaar wordt. Dit is natuurlijk zeer vervelend, maar alleen door mee te werken kun je de impact helpen beperken.

Wat als er inbreuken worden vastgesteld?

Wanneer een sociaal inspecteur inbreuken vaststelt, dan kan hij naar gelang van de ernst van de inbreuk een waarschuwing geven of een proces-verbaal opmaken. Geeft hij een waarschuwing, dan moet je natuurlijk zorgen dat je zo snel mogelijk in orde bent. Doe je dat niet, dan zal de inspecteur later toch nog een proces-verbaal opmaken. Ook bij een waarschuwing kunnen er gevolgen zijn, bijvoorbeeld een herziening van de RSZ-bijdragen.

De inspecteurs van het Toezicht op het Welzijn op het Werk, kunnen ook preventieve maatregelen opleggen. Wanneer de gezondheid of veiligheid van werknemers in het gevaar komt, kunnen ze bijvoorbeeld het gebruik van bepaalde machines verbieden of de werkplek (gedeeltelijk) sluiten.

Processen-verbaal komen bij het Openbaar Ministerie terecht. Zij beslissen of er een administratieve of gerechtelijke procedure volgt. Over het algemeen worden alleen zware inbreuken door het gerecht vervolgd, daarom zijn in de gerechtelijke procedures de boetes dubbel zo hoog. Hieronder vind je wat meer uitleg over de administratieve en gerechtelijke procedures.

Administratieve vervolging

Wordt jouw dossier administratief afgehandeld, dan zal de bevoegde sociale inspectiedienst het verder opvolgen. De sociaal inspecteur kan beslissen om:

  • Niets te doen.
  • Je schuldig te verklaren zonder boete op te leggen.
  • Of een administratieve geldboete op te leggen.

Ben je het niet eens met de beslissing, dan kan je altijd in beroep gaan.

De administratieve geldboetes bedragen minstens 80 euro en maximum 28.000 euro. Maar de sociaal inspecteur kan ook rekening houden met specifieke omstandigheden:

  • Bij verzachtende omstandigheden kan hij de boete met 60% verminderen.
  • En Bij recidive of herhaling kan hij de boete verdubbelen. Er is sprake van recidive, wanneer je tijdens de 3 voorafgaande jaren al eens beboet werd of schuldig verklaard werd.

Let op: bij sommige inbreuken bepaalt de wet dat het bedrag van de boete vermenigvuldigd moet worden met het aantal werknemers, met een maximum van 100. Wanneer de wet dit bepaalt, kan de boete daardoor tussen de 8.000 en 2,8 miljoen euro bedragen, en bij recidive tussen de 16.000 en 5,6 miljoen euro.

Strafrechtelijke vervolging

Bij een strafrechtelijke vervolging kan de rechter boetes opleggen van minstens 400 euro en maximum 56.000 euro. Ook bij een strafrechtelijke veroordeling moet de boete vaak vermenigvuldigd worden met het aantal betrokken werknemers, met een maximum van 100. Bij sommige inbreuken van grote ondernemingen, kan de boete daardoor tussen de 40.000 en 5,6 miljoen euro bedragen. Oordeelt de rechter dat er verzachtende omstandigheden waren, dan kan de boete verminderd worden met 60%. Bij recidive kan hij de boete dan weer verdubbelen.

Daarnaast kan de rechter je ook veroordelen tot een gevangenisstraf van maximum 3 jaar, jouw onderneming sluiten, je verbieden om deel te nemen aan overheidsopdrachten of zelfs een beroepsverbod opleggen. Het spreekt voor zich dat dergelijke zware sancties alleen opgelegd worden bij zeer ernstige sociale fraude.

Wanneer de rechter een vennootschap veroordeelt voor feiten waarop gevangenisstraffen staan, dan zullen de boetes vanaf april 2026 hoger zijn. De hogere boetes compenseren het feit dat een vennootschap niet in de gevangenis opgesloten kan worden. Concreet zullen de boetes in die gevallen tussen de 4.000 en 16.000 euro bedragen, vermenigvuldigd met het aantal maanden gevangenisstraf die de rechter aan een persoon zou opleggen. De boete kan daardoor oplopen tot 576.000 euro. Ook deze boetes moeten, wanneer de wet dat voorziet, vermenigvuldigd moeten worden met het aantal betrokken werknemers met een maximum van 100. En ook bij vennootschappen kan de rechter rekening houden met verzachtende omstandigheden of recidive.

Welke inspectiediensten zijn er?

Er zijn in België verschillende inspectiediensten, die elk hun eigen bevoegdheden hebben. Maar deze inspectiediensten kunnen ook andere vaststellingen doen en doorsturen naar de bevoegde inspectiedienst. Een overzicht:

  • Inspectiediensten van de RVA en het RIZIV sporen bijvoorbeeld uitkeringstrekkers op die geen toestemming hebben om te werken.
  • Inspecteurs van de RSZ sporen bijvoorbeeld zwartwerk en schijnzelfstandigen op, controleren Dimona-aangiftes en DMFA-aangiftes en voeren controles uit op alles wat met de RSZ-bijdragen te maken heeft.
  • De dienst Eerlijke Concurrentie van het RSVZ spoort zwartwerkende zelfstandigen en schijnwerknemers op. Ze voeren ook controles uit op bijdragebetaling door buitenlandse zelfstandigen.
  • Bij de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en en Sociaal Overleg (fod Waso) controleren de directie Toezicht op de Sociale Wetten (TSW) en de directie Toezicht op het Welzijn op het Werk de naleving van het arbeidsrecht. Zij controleren bijvoorbeeld de correcte uitbetaling van de lonen, de naleving van cao's, de regels rond kinderarbeid, de zondagsrust, nachtwerk, de codex welzijn op het werk, enzovoort.

  • de Vlaamse Sociale Inspectie en de directie Gewestelijke Werkgelegenheidsinspectie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest zijn bevoegd voor controles op discriminatie, op de toelating aan niet-EU-burgers om in Vlaanderen of Brussel te werken en op specifieke sectoren zoals de dienstencheques.

Fout opgemerkt? Laatst gewijzigd: 12/08/2024

Mystery calls door sociale inspectie

Om discriminatie op de arbeidsmarkt tegen te gaan, geeft de overheid zijn fiat voor mystery calls. Dit was al mogelijk sinds 1 april 2018, maar in 2022 heeft de wetgever de bijzondere bevoegdheden van de sociaal inspecteurs op het vlak van vaststellingen inzake discriminatie aangepast. UNIZO was erg kritisch voor deze aanpassingen en vindt dat de aanpassingen voor rechtsonzekerheid zullen zorgen. 

Hoe zal het nieuwe kader er uit zien? 

De sociale inspectie kan anonieme testen afnemen bij ondernemingen als

  • er objectieve aanwijzingen zijn van discriminatie, na een klacht of melding, of op basis van resultaten van datamining en datamatching (niet cumulatief - één van deze drie volstaat);
  • de inspectie een voorafgaande machtiging van de arbeidsauditeur of procureur des Konings heeft.

De sociaal inspecteurs die strikt noodzakelijke strafbare feiten plegen in het kader van deze praktijktesten (bijvoorbeeld het schrijven en gebruiken van een fictief cv, wat neerkomt op valsheid in geschrifte), worden niet langer als strafbare feiten aangemerkt. De vereiste dat de strafbare feiten die inspecteurs plegen in het kader van hun specifieke opsporingsbevoegdheden niet ernstiger mogen zijn dan die waarvoor de opsporingsmethode wordt toegepast, werd door de wetswijziging geschrapt.

Tot slot zullen ook derden (zoals bv. Unia) betrokken kunnen worden bij de acties door de sociale inspectie. 

Fout opgemerkt? Laatst gewijzigd: 21/08/2024

Charter sociale inspectie

De werkgeversorganisaties sloten een charter af met de sociale inspectie. Het doel hiervan is bij te dragen aan performante, objectieve en professionele controles, in een relatie van wederzijds respect. 

Het charter zet, naast de controlerende, de begeleidende en informerende rol van de sociaal inspecteur extra in de verf. 

Bovendien stelt het charter klaar en duidelijk dat prioriteit dient te worden verleend aan structurele issues (zoals het niet respecteren van minimumlonen, illegale tewerkstelling, zwartwerk, frauduleuze detacheringen, …) en niet aan louter administratieve fouten. 

Hierna vindt u de essentie voor u als werkgever.

Kader van dit charter

De controles op de arbeids- en sociale zekerheidswetgeving gebeuren door volgende sociale inspectiediensten:

  • Sociale zekerheidswetgeving voor loontrekkenden: Rijksdienst voor sociale zekerheid (RSZ), de zgn. “sociale zekerheidsinspectie”
  • Arbeids- en welzijnswetgeving en collectieve arbeidsovereenkomsten (cao’s), met 2 diensten:
    • Toezicht op Sociale Wetten (TSW), de zgn. “arbeidsinspectie”
    • Toezicht Welzijn op het Werk (TWW), de zgn. “welzijnsinspectie”
  • Sociale zekerheidswetgeving voor zelfstandigen:
  • Rijksinstituut voor de Sociale Verzekeringen der Zelfstandigen (RSVZ), de zgn. “zelfstandigeninspectie”
  • Uitkeringswetgeving:
    • Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening (RVA), de zgn. “werkloosheidsinspectie”
    • Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering (RIZIV), de zgn. “arbeidsongeschiktheidsinspectie”

Rechten en plichten: werkgevers en sociaal inspecteur

  in hoofde van werkgever in hoofde van sociale inspecteurs
Wederzijds respect en professionalisme

Houding: stellen
zich beleefd, respectvol en professioneel op en sensibiliseren ook hun werknemers in die zin

Kunnen melding maken van
eventuele Incidenten tijdens
een controle op het daarvoor voorziene contactpunt bij iedere inspectiedienst

Kunnen gebruik maken van het meldpunt voor eerlijke
concurrentie om vermoedens van sociale fraude en oneerlijke concurrentie te melden en te documenteren

Identificeren zich, via de legitimatiekaart, en laten steeds contactgegevens na

Houding: stellen zich beleefd, respectvol, professioneel en objectief op

Besteden bij een controle aandacht voor de voortzetting van de geleverde productie en/of diensten; een controle dient efficiënt te verlopen

Discretieplicht

Preventie en informatie

Houding: stellen zich contructief op en verlenen de sociaal inspecteurs de nodige informatie, tijdens en na de controle

Kunnen zich laten bijstaan door een advocaat, vertegenwoordiger van een beroepsfederatie, …

Hebben zwijgrecht

Treden  begeleidend en informerend op en beogen daarbij dat de werkgever zich binnen een redelijke termijn in regel stelt.  (Bij manifeste sociale inbreuken wordt er evenwel steeds verbaliserend opgetreden.)

Laten voldoende mogelijkheid om tijdens en na de controle bijkomende elementen aan te reiken

Waken over een eenvormige en gelijke toepassing van de wetgeving

Handhaving en sanctionering

Kunnen zich, in situaties waar een regularisatie mogelijk is, zowel spontaan als op vraag van de sociaal inspecteur in regel stellen

Treden zo uniform mogelijk op

Bundelen controles zoveel mogelijk op eenzelfde moment

Geven prioriteit aan structurele problemen en niet aan administratieve fouten

Brengen de gecontroleerde werkgever op de hoogte van het verdere verloop van de procedure

Tekst van het Charter

U kan de volledige tekst van het charter hier downloaden.

 

Fout opgemerkt? Laatst gewijzigd: 29/11/2024

Er passeerde onlangs een cv mijn bureau dat uiteindelijk nep bleek te zijn: het werd naar mij verstuurd in het kader van een praktijktest door de sociale inspectie. Kan dit zomaar? Is dit geen valsheid in geschrifte?

Om discriminatie op de arbeidsmarkt tegen te gaan, kan de overheid zogenaamde ‘mystery calls’ inzetten. Dat was al mogelijk sinds 1 april 2018, maar in 2022 heeft de wetgever de bijzondere bevoegdheden van de sociaal inspecteurs om discriminatie vast te stellen, aangepast. UNIZO was erg kritisch voor deze aanpassingen en vindt dat de aanpassingen voor rechtsonzekerheid zullen zorgen.

Voortaan kan de sociale inspectie anonieme testen afnemen bij ondernemingen als:

  • er objectieve aanwijzingen zijn van discriminatie, of na een klacht of melding, of op basis van resultaten van datamining en datamatching. Slechts één van deze drie voorwaarden moet vervuld zijn
  • de inspectie een voorafgaande machtiging van de arbeidsauditeur of procureur des Konings heeft.

Het schrijven en gebruiken van een fictief cv, een valse naam of diploma komt normaal gezien inderdaad neer op valsheid in geschrifte. Maar de strafbare feiten die de sociaal inspecteurs begaan -en die strikt noodzakelijk zijn om de praktijktest te doen slagen- worden niet als strafbare feiten aangemerkt. Een inspecteur die een valse cv stuurt zal dus niet langer een strafbaar feit plegen wanneer hij dit begaat in het kader van zijn onderzoek naar discriminatie en wordt niet strafrechtelijk vervolgd. Ook derden (zoals bijvoorbeeld Unia) kunnen betrokken worden bij de acties van de sociale inspectie.

Wat betekent dit voor jou als werkgever? Het is belangrijk dat je alle sollicitanten beoordeelt via een volwaardige selectieprocedure en dit ook aantoont aan de sociale inspectie.

Fout opgemerkt? Laatst gewijzigd: 29/11/2024